ATEX motoren

Verschillende beschermingswijzes kunnen toegepast worden op motoren. In de tabel hieronder kun je zien welke type bescherming er nodig is volgens de verschillende zones van Groep II.

Zone 0 en 20 komen niet voor in de tabel. In deze zondes kunnen geen motoren ingezet worden.

Type

Gebruik

Bescherming

Zones

Aanduiding Groep

Aanduiding temperatuur

 

EExc

II 2 G

Drukvast

1 & 2

IIA, IIB, IIC, apart vermeld

TC moet vermeld worden

 

EExe

II 2 G

Verhoogde veiligheid

1 & 2

II volstaat (geen opsplitsing A, B of C)

TC moet vermeld worden

Uitschakeltijd tE

EExnA

II 3 G

Niet vonkend

2

II volstaat (geen opsplitsing A, B of C

TC moet vermeld worden

 

DIP IP 65

II 2 D

Dust ignition proof

21 & 22

Niet van toepassing

T (absoluut) moet vermeld worden

 

DIP IP 55

II 3 D

Dust ignition proof

22 (only constructive dust)

Niet van toepassing

T (absoluut) moet vermeld worden

 

Drukvaste motoren EExd

Deze motoren zijn zo gemaakt dat ze een vlam (intern) kunnen tegenhouden:

  • In een Eexd motor mogen spleten (flamepaths) nooit de vereiste afmetingen overstijgen. Gassen en dampen zijn verdeeld volgens de Maximum Experimental Safety Gap. Er bestaan verschillende EExd motoren afhankelijk van de gebruikte gassen van Groep IIA, IIB of IIC
  • De motor is fysisch in staat een interne explosie te weerstaan zonder deze over te dragen aan de omgeving

Verhoogde-veiligheidsmotoren EExe

Deze verhoogde veiligheid bestaat uit:

  • Bescherming tegen te hoge temperaturen
  • Bescherming tegen vonken en bogen

Beide beschermingen gelden voor:

  • Binnen- en buitenkant van de motor
  • Normale dienst maar op opstarten en bij geblokkeerde motor

Voor de laatste eis wordt er een tijd tE gedefinieerd. Dit is de uitschakeltijd van een speciale motorbeveiliging, noodzakelijk voor dergelijke motoren.

Niet-vonkende motoren EExnA

Deze motoren zijn zo ontworpen dat er geen vonken kunnen voorkomen in normale omstandigheden en bij gebruik binnen de specificaties van de fabrikant.

Dust-ignition proof motoren (DIP)

Deze motoren zijn zo gemaakt dat:

  • Geen explosiegevaarlijke atmosfeer kan de motor binnendringen. Het binnendringen wordt verhinderd door de IP-graad (IP 55 of IP 65).
  • De maximale oppervlaktetemperatuur buiten de motor mag de temperatuur waarvoor de motor gecertificeerd is niet overschrijden
  • Er mogen geen vonken voorkomen buiten het motoromhulsel

De meeste fabrikanten van DIP-motoren certificeren hun motoren voor 125°C. Hierin bestaan 2 types:

II 2D T125°C IP 65

  • Moet gebruikt worden voor zone 21
  • Moet gebruikt worden voor zone 22 als het stof geleidend is
  • Mag gebruikt worden voor zone 22 als het stof niet geleidend is

II 3D T125°C IP 55

  • Moet gebruikt worden voor zone 22, als het stof niet geleidend is.